Test: is een duurdere wijn nou echt lekkerder?

Met al die verschillende wijnen in de supermarkt heb je langzamerhand het idee dat je een kenner moet zijn voor het uitkiezen van een simpel dinerwijntje. Met alle smaken, afdronken maar vooral prijzen is het niet eenvoudig een keuze te maken. Maar merk je dat verschil in prijs nou echt?

In deze test nemen gemiddelde wijndrinkers vier verschillende rode wijnen onder de loep. Twee flessen vallen in een lage prijscategorie, de andere twee zijn duurdere supermarktwijnen. Proeft de gewone consument het verschil in kwaliteit? Ik stel de testpersonen even aan je voor:

Anouschka                        Drinkt sinds kort rode wijn, houdt van een zoetje
Stephanie                          Drinkt twee tot drie keer per week rode wijn, al houdt ze ook van witte wijn
Saskia                                 Is al lang een rode wijnliefhebber, het is dan ook haar lievelingsdrankje
Thomas                              Drinkt zo’n twee keer per week rode wijn

We beginnen de test! Ik open de eerste fles, de Amselkeller Tinto. Een soepele, rijpe wijn uit Valencia, Spanje voor slechts €3,99. De testpersonen nemen een eerste slok en zijn blij verrast. De smaak van kersen en ander rood fruit komen goed naar boven. “Hij is heel toegankelijk, een lekker wijntje om door te slobberen”, vindt Stephanie. Ook Saskia is het hier mee eens, ze vindt hem lekker zacht. “Ik zou deze vaker drinken!”, zegt Anouschka. Al met al krijgt deze wijn, ondanks de lage prijs, een dikke voldoende.

Het tweede glas wijn dat ik inschenk is het goedkoopst van allemaal: Mooi Kaap Droë Rooi uit Westkaap, Zuid-Afrika (€2,69). Het is een zachte, fruitige en soepele wijn, maar valt bij de jury niet goed in de smaak. “Alsof je een zuur matje eet”, zegt Stephanie. “Zo jammer vergeleken met de wijn hiervoor! Ik vind deze te droog in de mond”, vindt Saskia. Ook Thomas vindt hem te zuur: “Sodeknetter, alsof hij niet meer goed is!”. Met moeite wordt deze wijn opgedronken. Is de goedkoopste wijn dan gelijk het minst lekker? We proeven verder.

Wijn nummer drie is een duurdere: de Lindeman’s Reserve Cabernet Sauvignon. Voor €8,99 krijg je een stevige wijn uit Padthaway, Australië met aroma’s van fruit, vanille en kokos. De stevigheid komt snel naar boven. Anouschka: “Ik vind hem wel lekker! Hier lust ik wel meerdere glazen van.” Saskia vindt hem een beetje zoet, maar niet heel smaakvol. Thomas proeft duidelijk de fruitaroma’s, maar vind hem te weinig afdronk hebben. De Cabernet Sauvignon is dus oké, maar misschien niet lekker genoeg voor bijna negen euro.

Ik trek de vierde en duurste wijn open, de donkerrode Fetzer Crimson Pinot Noir uit Californië (€9,99), een fruitige en sappige Pinot Noir. De reacties zijn gemengd; Saskia vindt hem lekker fris en niet zo scherp, maar is niet zo weg van de nasmaak. Anouschka: “Ik zou deze zelf niet twee keer kopen.” Thomas had er nog iets meer fruit in gewild en Stephanie vindt hem ‘wel lekker’. Geen slechte resultaten dus, maar ze weten niet dat dit de duurste wijn van de vier was.

Prijs zegt dus niet alles bij supermarktwijnen. Op nummer één komt de soepele Amselkeller Tinto, een wijn uit de goedkoopste prijsklasse. Hierop volgen de Fetzer Crimson Pinot Noir en de Lindeman’s Reserve Cabernet Sauvignon. Wel komt de meest goedkope wijn van nog geen drie euro op de laatste plek. Laat je dus niet leiden door prijzen, maar kijk vooral naar het druivenras en het type wijn. Zo kom je het minst snel met een miskoop thuis.

Alle flessen wijn zijn gekocht bij de Albert Heijn.

Paasbeste wijn!

De Kleine Zalze; een echte Paaswijn: mooi geel van kleur met een tropisch neusje. Prima voor de eerste warme dagen. En voor deze belachelijke prijs echt een koopje. Wel even opletten; Sligro heeft ook de iets goedkopere Cellar Collection in de aanbieding. Geen slechte wijn, maar de Chenin Blanc van de Vineyard Selection is twee klassen beter. Deze wijnstokken zijn minimaal 30 jaar oud en sommige zelfs ouder dan 50 jaar. Alleen de beste druiven worden voor deze reeks gebruikt en handmatig geselecteerd, wat resulteert in een kleine opbrengst van slechts 6 ton/ha. Deze Chenin Blanc is wat rijper, heeft een klein beetje hout gehad met een rijke smaak in de mond (meloen, perzik en lychee) en behoorlijk wat lengte. De wijn is op z’n best na zo’n 3 tot 5 jaar na botteling.

Kleine Zalze is een van de meest prijswinnende wijnhuizen (elk jaar wel weer 5 sterren bij de toonaangevende Platter’s guide) van Zuid-Africa (Stellenbosch). De wijnmaker, Johan Joubert, is een oude winnaar van de ‘Robert Mondavi Winemaker of the Year’ competitie en dat merk je door de hele range van de Kleine Zalze wijnen.

Deze wijn doet het perfect bij een warme geitenkaassalade, wat spicy eten of kalfsvlees met asperges. En als je er toch bent, van dezelfde serie is ook de Shiraz in de aanbieding. Eveneens een toppertje.

Sligro – Kleine Zalze Vineyard selection (Chenin Blanc 2011)
Normaal 6,45 (nu 6=4) dus nu voor slechts 4,10 (excl btw)!
 
* van 2 apr – 19 apr bij alle Sligro Vestigingen, jaartal kan verschillen zie achteretiket!

Topwijnen: wijnen aan de prijzige kant

Als je een wijn zou vergelijken met een gezelschap waarin u zich begeeft, dan is ‘zomaar een wijntje’ zomaar één van de aanwezige gasten. Een topwijn is dan een volwaardige aanwezigheid.

Hoe herkent u dan een goede wijn? Het is niet zo dat een herkomst, naam, bekendheid, mooi etiket of een hoge prijs persé een topwijn in huis brengen. Het is een mens die een wijn maakt met middelen, grond en de kracht van seizoenen. Een wijn zonder smaak en karakter komt vaak van een producent met dezelfde eigenschappen, die alleen voor de winst op de markt is gekomen. Terwijl een verzorgde wijn met karakter en dat nét niet te omschrijven ‘iets’ zijn soortgenoten na een kennismaking in de schaduw zet.

De laatst genoemde wijnen worden over het algemeen voortgebracht door toegewijde wijnbrouwers die primair aan de kwaliteit van hun wijn denken en niet de kwantiteit. Dit zijn wat wij noemen topwijnen.

De duurste topwijnen ter wereld

De echte dure topwijnen zijn ook prachtige exemplaren om te verzamelen en veel mensen kiezen er dan ook voor deze helemaal niet op te drinken. Door de wijnen gewoon neer te zetten zorgt het al voor een geweldige collectie en goed gevoel bij veel mensen. Sommige wijnverzamelaars maken zelfs winst met het kopen van relatief jonge topwijnen om hen in een later stadium weer te verkopen.

Wijnen duurder dan €1.000

De wijnen duurder dan €1.000 zijn vrij dun gezaaid. Dat heeft natuurlijk te maken met het feit dat de markt voor deze wijnen niet erg groot is. Daarnaast is het natuurlijk afhankelijk van de manier waarop de wijn gemaakt wordt of deze ook daadwerkelijk zo duur wordt. De echt dure wijnen zijn wat dit betreft de Petrus Pomerol 1998, die €1.285 kost, en de Dom. Romanée Conti 1997, die zelfs niet voor minder dan €1.356 van eigenaar verwisselt. Dit zijn de allerduurste wijnen, die natuurlijk alleen door de echte verzamelaars en liefhebbers worden aangeschaft.

Wijnen duurder dan €500

Daarnaast zijn er ook een aantal wijnen die duurder zijn dan €500. Deze wijnen zijn daarmee behoorlijk aan de prijs, maar zitten net onder de echte top. Voorbeelden van deze wijnen zijn de Château Mouton Rothschild Pauillac 1986 (€521), de Château La Mondotte Saint-Emilion 1996 (€535), de Château Valandraud Saint-Emilion 1995 (€588), de Château Latour Pauillac 1990 (€682) en de Château Le Pin Pomerol 1999 (€799). Wat dat betreft is het goed mogelijk om een dure fles wijn uit te zoeken die goed past bij de persoonlijke smaak. Zoals gezegd zullen de meeste van deze wijnen echter in collecties verdwijnen die niet of nauwelijks gedronken worden.

Overige dure wijnen

Daarnaast zijn er nog een aantal topwijnen die minder dan €500 kosten, maar aan de andere kant toch stevig aan de prijs zijn. Hierbij kunt u denken aan de Château Haut Brion Pessac-Léognan 1982 (€464), de Château Margaux 1995 (€353) en de Château Lafite Rothschild Pauillac 1996 (€252). Dat zijn de wijnen die over het algemeen nog wel eens gedronken worden, maar het gaat dan natuurlijk wel om exclusieve gelegenheden. Verder worden deze ook netjes in de dure collecties van verzamelaars opgeborgen, om er eventueel ooit een keertje van te gaan genieten.

Veuve Clicquot Champagne

Veuve Clicquot.

We hebben een beetje een verleden samen. Zij als wulpse weduwe en ik als haar gretige minnaar.

Ik weet niet goed hoe ik er juist ben bij gekomen, maar op een gegeven moment ben ik VC gaan percipiëren als de te kiezen Champagne. Het zal ongetwijfeld een jaar of 8 geleden zijn, de euro was er net, ik was aan het werken, en deed dus ook mijn eigen boodschappen waar heel af en toe (speciale gelegenheden weet u wel) ook eens een flesje Champagne af kon. Voor mij was deze Veuve toen al een iets duurdere, maar ook zoveel betere Champagne. Ik herinner mij dat je voor een fles ordinaire Moët & Chandon zo’n 18 euro moest betalen, en VC was toen 22, misschien 23 euro. Mijn rationaliserende onderbewustzijn liet me toen al weten dat “voor die 5 euro meer ..” ik wel een veel beter Champagne had. En telkens als ik Champagne kopen moest, voor mezelf, maar meestal als  cadeau, betaalde ik vlot die 5 euro meer. Het had wel iets. Een stijvol merk. Ziet er lekker duur uit, en de mensen weten ook dat het duurder is. Fijn om te geven, fijn om te krijgen.

En toen bekoelde de liefde wat. Die 5 euro werd er al snel 10, wat al stilaan aanzienlijker werd, en ook het aanbod werd breder. In Champagnes, maar ook in bijvoorbeeld Cava’s, waar je voor 10 euro al een degelijke fles kon drinken. Kwaliteit, en Kwantiteit!

Bij Kerst ben ik nog eens voor de Veuve Clicquot gegaan, want een verleden als dat van ons gooi je niet zomaar weg. Een technische en verfijnde menu mocht vergezeld worden van een fijnere drank. Champagne dus, geen Cava. En ja, laat ons dan meteen ook maar voor die oude liefde gaan. 32 euro ofzo kost ze nu. Maar smaken deed ze niet beter helaas. In tegendeel. Zoals bij sommige andere oude liefdes vraag je je af wat je er ooit in gezien hebt. Versta me niet verkeerd. Het is een goede Champagne. Goed gemaakt. Nog steeds fijn om te geven en te krijgen. Maar naar smaak ben ik vandaag de dag blijer met iets anders. Is mijn smaak geëvolueerd? Of misschien kapot geslagen door agressieve Cava’s? Ik weet het niet, maar de Veuve Clicquot smaakte me deze keer veel te flauw eerlijk gezegd. Weinig pit. Discreet, maar een beetje te.

Al blijft smaak natuurlijk hyper persoonlijk, dus als je graag een zachte, goed gemaakte Champagne drinkt, de weduwe is klaar voor een vluggertje, of een passionele nacht.

Biologische Wijn

 ‘De natuur zijn werk laten doen!” 

Dit is één van de achterliggende gedachten van de biologische wijnbouw wat misschien wel de meest simpele weg is om biologische wijnbouw te omschrijven. Er worden geen chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest gebruikt, en er is een maximaal gehalte aan sulfiet vast gesteld. Op deze manier kunnen we de omgeving in een evenwichtige en gezonde balans houden.

Na de industrialisatie en al de gevolgen hiervan zien we nu het resultaat van de chemische en kunstmatige middelen die er gebruikt worden. Gelukkig zijn er steeds meer bedrijven die omschakelen naar biologische landbouw en van daaruit naar permacultuur of biodynamische landbouw. Grote bedrijven zullen altijd op zoek blijven naar manieren om zoveel mogelijk rendement te halen uit hun productie wat al gevolg heeft, dat kwaliteit niet op de eerste plaats komt te staan. Bij de kleinere bedrijven is het makkelijker om biologisch te werken, en staat kwaliteit dan ook meestal op de eerste plaats aangezien er geen groot marketingapparaat aanwezig is zoals bij grotere bedrijven.

Met of zonder certificaat?

Een wijnboer produceert biologische wijn zonder of met een certificaat. Een certificaat betekent niets meer dan dat er een keuring is geweest en dat er controle plaats vindt. Zonder certificaat betekent bijvoorbeeld dat de wijnboer zeker is van zijn product en dat hij vetrouwd op de wijnhandelaar die zijn product  op een juiste maniet zal verkopen naar zijn klanten. De wijnhandelaar zal in dit soort gevallen een verhaal vertellen over de wijn en zo de consument overtuigen van het feit dat is simpelweg een correcte wijn is.

Biologisch-Dynamische landbouw ( biodynamica ) & permacultuur

 ”Een gezonde plant trekt géén ongedierte aan!”

Dit gaat een stap verder dan biologische wijnbouw. Bij deze methode van werken wordt er rekening gehouden met astrologische en homeopathische aspecten. Deze vorm van landbouw gebaseerd op de ideeen van Rudolf Steiner in zijn laatste jaren waarin hij als hooggeleerde onder andere een betoog houdt over het natuuronvriendelijk werken van de huidige maatschappij waarin er volgens Steiner té materialistisch om wordt gegaan met de natuur en geen rekening wordt gehouden met een natuurlijk ritme.

De essentie in de permacultuur en biodynamica is de bewustwoording van het feit dat alles verbonden is met elkaar ( bekend als het holisme ) en dat je de natuur voor je kan laten werken in plaats van deze proberen te beheren. Bijvoorbeeld bij bepaalde magnetische stralingen van de Maan werken er krachten op wijngaard die kunnen helpen met verschillende factoren in de landbouw. Door deze manier volg je de natuur in plaats van dat je de natuur probeert te beheersen.

”Natuurbeheer is een contradictio in terminis.”

Waarom wordt de biologisch dynamische landbouw niet algemeen toegepast?

Één reden is, dat de macht van de multinationals met hun gigantisch marketingapparaat groot is en veel mensen kiezen voor korte termijndenken en direct te bestrijden met chemicalien om eventuele verliezen te voorkomen. Dit uiteraard niet zonder consequenties, dus de kwaliteit van het producti lijdt hier ernstig onder.

Waarom is het dan beter om geen chemische bestrijdingsmiddelen te gebruiken? 

Bespuitingen met chemische giften hebben het probleem nog nooit opgelost. Integendeel, met deze middelen komt men alleen maar in een vicieuze cirkel terecht omdat er altijd een deel resistent wordt en de bestrijding overleefd dus moet de boer dit blijven gebruiken.

Mark van D. – Naam en adres bij de redactie bekend

 

Hoe wordt Champagne geproduceerd?

Het productieproces van Champagne kent een aantal zeer specifieke regels. Deze zijn er om ervoor te zorgen dat de mousserende wijn alleen op een bepaalde manier wordt gemaakt, om z’n traditie in stand te houden. Zo mogen alleen bepaalde wijnen ook daadwerkelijk Champagne worden genoemd, al wordt er natuurlijk veel misbruik van deze naam gemaakt. Wat dat betreft is het goed om wat meer te weten over de manier waarop Champagne geproduceerd wordt. Zo is het namelijk mogelijk om te bepalen of het inderdaad gaat om een Champagne, of dat men de naam misbruikt heeft om er zelf beter van te kunnen worden. Met name dat laatste gebeurt veel bij de goedkopere wijnen die als Champagne worden verkocht.

 

Met de hand geplukt

Allereerst is het van belang dat de druiven met de hand geplukt worden. Zo kan men ervoor zorgen dat alleen de beste druiven worden geplukt, wat de smaak van de Champagne uiteindelijk natuurlijk ten goede zal komen. Wat dat betreft is het mooi om te zien dat er veel waarde wordt gehecht aan een goede manier van plukken. Bovendien is het niet toegestaan om de druiven in contact te laten komen met de stelen. Op die manier kan de Champagne z’n heldere kleur namelijk verliezen, waardoor de druiven uiteindelijk waardeloos zijn.

Persen van de druiven

In de Champagnestreek wordt ten tijde van de druivenoogst door elke producent een scrupuleuze zorg aan de dag gelegd opdat de druiven zo snel mogelijk zouden geperst worden. Kwaliteitszorg begint immers bij de aanvang van het productieproces, zodat een mogelijke oxidatie van het sap angstvallig wordt vermeden.

Ook bij het persen van de druiven zelf heeft men weer te maken met strenge regels. Zo is het bijvoorbeeld niet toegestaan om meer dan 4.000 kilogram druiven te persen. Per keer dat er wordt gestart met persen is dit het maximale gewicht aan druiven dat er gebruikt mag worden. Uiteraard houden de authentieke producenten van de Champagne zich hier dan ook goed aan. Bovendien wordt er gekeken naar de hoeveelheid sap die er uit de druiven is gehaald. Zodra dit 2250 liter is kan er worden gestopt met persen. Er is dan een goede hoeveelheid sap behaald, waardoor het proces gestopt zal worden.

Toevoegen van suiker

Vervolgens is er sprake van het technische proces om de Champagne te maken. Ook dit is weer gebonden aan een aantal regeltjes en vaste werkwijze. Een belangrijk element dat aan het eind van de productie plaatsvindt is het toevoegen van suiker aan de wijn. De hoeveelheid suiker in de dosage bepaalt namelijk of de Champagne als een brut, sec of demi-sec in de winkel zal komen te liggen. Wat dat betreft is het van belang om ook hier weer aan de hand van een aantal regels te werken. Zodra de hoeveelheid suiker bepaald is zal de fles met eenzelfde type wijn worden afgevuld, waardoor de echte Champagne af is.

Hoe wordt wijn gemaakt?

Wijn maken is iets dat de mensheid al een zeer lange tijd doet. Toch weet lang niet iedereen hoe de wijn nu eigenlijk gemaakt wordt, waardoor het interessant is om daar eens goed naar te kijken. Op die manier kunnen we leren waarom de wijn er zo uit ziet zoals de wijn eruit ziet en waarom we witte en rode wijn hebben. Uiteraard is er bij de productie in de afgelopen tientallen jaren een hoop veranderd. Zo is men gaan werken met machines en wordt er nog maar door enkele wijnboeren met de hand geplukt. De machines hebben ervoor gezorgd dat het productieproces een stuk goedkoper is geworden, maar zorgt aan de andere kant natuurlijk voor een afbraak van de ambacht.

Druiven plukken

Allereerst dienen er druiven geplukt te worden om wijn te kunnen maken. De rijpe druiven worden over het algemeen per tros geplukt, waardoor dit behoorlijk snel gaat. Zodra de druiven rijp zijn worden de machines de schuur uitgereden of gaan de boeren zelf hard aan de slag. Het is dan zaak om de druiven zo snel mogelijk te plukken en op die manier te zorgen voor de basis van een goede wijn. Zodra de druiven geplukt zijn gaan deze naar de pershuizen, waar men verder zal werken aan de productie van de wijn zoals wij die vervolgens in de winkels hebben liggen.

Druiven persen

Zodra de druiven eenmaal in de pershuizen zijn kan het persen gaan beginnen. Dit is een belangrijk element van het maken van wijn. Zo kan men starten met het kneuzen of persen van de druiven en kan men het sap er op twee verschillende manieren uithalen. Men kan ervoor kiezen om alleen het sap uit de pulp te gebruiken, of ook de pulp vervolgens nog een keer uit te gaan persen. Uiteraard zorgt de tweede methode voor meer sap, maar zorgt de eerste variant over het algemeen voor de beste smaak.

Gisting van de wijn

Ten derde dient de wijn te gaan gisten. Tijdens dit proces wordt ervoor gezorgd dat de suikers uit de wijn worden omgezet in alcohol en koolzuurgas. Zodra dit gebeurt is kan de wijn gaan rijpen in een open vat, waarin het als het ware jonge wijn is. Door het vervolgens over te brengen naar de houten vaten, zoals we die allemaal wel kennen, kan men gaan werken aan het uiteindelijke product. De zuurstof uit de lucht zorgt voor de kleur en de smaak van de wijn, waardoor het mogelijk is om veel verschillende soorten te maken, die vervolgens allemaal bij ons in de winkel liggen.

Reisverslag Piemonte voorjaar 2017

Na jarenlang alle gaten en hoeken van Toscane bezocht te hebben was het dit jaar eindelijk de beurt aan Piemonte. We hadden een appartement gehuurd in La Morra, een dorpje in het Barologebied. De gebieden Barolo en Barbaresco liggen overigens vlak bij elkaar en zijn niet zo groot. In een half uur ongeveer reis je van de ene naar de andere uithoek. Ondanks dat het gebied niet groot is, is er veel op wijngebied te doen. Er zijn erg veel producenten op dit kleine stukje en het grootste gedeelte is beplant met wijnstokken. Dat ziet er heel anders uit dan Toscane, waar alles wat uitgestrekter is.

We kwamen met schitterend weer aan in La Morra. Ons appartement was op loopafstand van het centrum(pje). Zo’n eerste avond eerst maar eens simpel een pizza eten. In Per Bacco konden we aan goede pizza’s komen en daarbij dronken een Gianni Voerzio Barbera d’Alba Ciabot della Luna 2015.

Zo, dat hakt er meteen flink in. Dit is een vrij zware krachtige wijn. Dik fruit wat kruiden (selderij) en munt. Een warme alcoholische afdronk. Weinig geraffineerd, meer een bommetje in de mond. Op zijn tijd is dit lekker. Goed gemaakt en veel smaak. Iets té naar mijn smaak.

piemonte-wijnproeven-2

Zondag

Eerst maar eens naar de supermarkt. Natuurlijk wat lekkere hapjes gescoord en wat wijnen.

Bruno Giacosa Dolcetto 2015 (€ 10). Stal, fruit en wat zuivel in de neus. In de mond ook, wat chocola, lekkere zuren en flink fruit (kersen cranberry’s en rode bessen) in de mond. Donkerpaars van kleur. Erg smakelijk.
Barbera del Monferrato “La Monella” 2016 van Braida (€6,5)
Had ik bij bet kopen niet gezien, maar het blijkt een frizzante te zijn. Bubbels dus. En daar houd ik niet van in rode wijn….. Nu was het bubbeltje in het glas vrij snel vertrokken, maar toch. Al met al een redelijk smakelijk glas met wat fruit, bloemetjes enzo.

’s Middags moesten we naar Bra om wat wijn op te halen. Ik had via Ebay 3 flessen gescoord. We kwamen bij een alleraardigst echtpaar die ons meteen meenam naar de kelder van opa. Altijd leuk om een beetje te neuzen in een kelder met allerlei oude wijnen. Ik had een beetje gehoopt op een paar superwijnen (oude Giacosa of zo). Helaas waren die er niet, maar toch wel wat geinigs gekocht. Uiteindelijk kocht ik voor 100€ 7 flessen: Barolo’s uit 1953, 1955, 1971 en 1974. Een Barbaresco Riserva Rabaja van de Produttori en noch 2 recentere Barberesco’s van de Produttori. Opvallend was de prachtige vulhoogte en de kleur van de wijn. Je weet natuurlijk nooit hoe het gaat smaken, maar voor dit geld kon ik het niet laten liggen.
We moesten nog even mee naar boven voor een espresso. Kon ik mijn Italiaans weer even oefenen, altijd handig.

barolowijn-vanuit-italie
Maandag

Naar Turijn. De hele dag een beetje door die stad geslenterd. Best aardig om te zien. Qua sfeer is het niet helemaal onze stad. Heeft qua bouwstijl meer weg van een stad als Wenen dan van die Italiaanse steden waar wij zo gek op zijn. Vrij strakke, barokke gebouwen. Het stratenplan is ook apart alle starten lopen recht en loodrecht op elkaar in een groot vierkant. (beetje als New York bijvoorbeeld) heel strak allemaal.We waren op zoek naar een beetje knappe toeristische gids voor Piemonte en die is er dus gewoon niet!! Ja, er zijn wel gidsen, maar die gaan grotendeels op aan Turijn, of aan de Alpen. Over de wijndorpjes en de wijnstreek in het geheel is verrassend weinig te vinden.
canelli-piemonte-wijnforum-2017
Dinsdag
1 mei en dat is een nationale feestdag in Italië. Alles dicht dus. Deze dag hadden we gereserveerd voor een bezoek aan een wijnbeurs in Alba, Vinum. In het centrum van de stad waren allerlei stands neergezet waar je de wijn van een grote hoeveelheid producenten kan proeven. Het idee is prima en de organisatie was ook goed. Echter, naarmate de dag vorderde werd het dorpje meer en meer bevolkt door (half)dronken Italianen die op de beurs waren afgekomen om hun vrije dag door te komen. Voor €20 kreeg je een glas en kon je de hele dag naar hartelust proeven. Dat principe werd door deze bezoekers ernstig misbruikt. Dat was jammer.

Toch hebben we de volgende interessante stands bezocht:

Vajra (producent uit La Morra)

Deze producent timmert de laatste jaren heel behoorlijk aan de weg. Alle geproefde wijnen waren van prima kwaliteit.

  • Nebbiolo Vajra 2015:
    typische Nebbioloneus. Een beetje scherp door wat ijzerige, lijmige tonen (als het met mate is vind ik dat heerlijk en dat was het hier)
    Flink fruit, een dropje lekker zuren. Prima.
  • Langhe Freisa Kyè 2013:
    Freisa is de druif. Mooier dan de Nebbiolo. Heeft van alles wat meer en wat beter in balans. Krachtiger. Best apart (ik had de druif nog nooit gedronken). Flinke jonge tannines maken de wijn nog erg stroef op het eind.
  • Barolo Bricco del Viole 2013:
    Piep en piepjong. Komt erg modern over. Veel dik fruit, behoorlijke houtinvloed en veel tannine. Wat zoetig zelfs. Eigenlijk iets te weinig zuur voor de power van de wijn.

De Freisa vonden wij de mooiste wijn van het huis. Kost een euro of 25. de Barolo een tientje meer.

Mauro Bussi (uit de buurt van Neive)

Volkomen onbekende producent (daar stonden er heel veel van op die beurs).
We dronken hier erg smakelijke wijnen zonder al te veel pretentie. De prijzen zijn daar ook naar. De duurste rode wijn ,Barbaresco, kost 15,5 euro. Dit zijn van die wijnen die je probleemloos kunt kopen en die absoluut goed waar voor het geld bieden. Geen superwijnen natuurlijk, maar wijn die je makkelijk opentrekt en voldoende genot bieden.
Ik noem de aantrekkelijkste wijnen:

  • Barbera 2014 Barrique. Dat barrique komt nogal duidelijk naar voren. Toch voldoende fruit en zuren om de wijn lekker te maken. Kost 5 euro.
    Langhe Nebbiolo Ca Veja 2015. dat nebbiololijmpje zit er weer in… lekker.
  • Barbaresco 2013. opvallend belegen kleur. Prachtige neus van rood fruit, stal, leer, wat alcoholisch. Lekkere snoepwijn. Op de neus na toont deze wijn niet het typische Piemontese karakter. Het zou ook een moderne Chianti Classico kunnen zijn. Maar, gewoon erg lekker!!
  • Moccagatta:
    Viel ons erg tegen eerlijk gezegd. Is toch best een naam. Waren gewoon niet mijn wijnen, op één na. Bij de barbera vond ik het hout echt te dominant en de Brabresco Bric Balin vond ik te kruidig. Goed gemaakt waarschijnlijk, maar niet de balans die ik zoek.
  • De Barbaresco Basarin 2014 was wel heel mooi. Basarin is een wijngaard in de buurt van Neive (Sottimano heeft er ook wat van, maar die maakt er geen Barbaresco van). Wat een prachtige neus!! Deze wijn heeft een lang leven voor zich. De structuur is nu te overheersend, maar dat is logisch.

Verder hebben we nog geproefd bij Oddero, Palladin en Cascina Ballarin, maar dat leverde geen noemenswaardige wijnen op. Niet slecht, maar ook niet bijzonder. Bij Oddero wel een Barolo Chinato geproefd (één van de wijnen waar het jongere publiek op af kwam).

Chinato is een Barolo gemengd met kruiden (deze vooral kaneel). Een soort koude gluhwijn. Moet je van houden. Is eigenlijk geen wijn heeft dacht ik 16% alcohol.

Opvallend vonden we de gelijkenis in de nebbiolowijnen uit 2013. de kleur kwam veel belegener over dan uit andere jaren, echt al een beetje oranje. Vrij alcoholische, warme wijnen. Het vergde denkt ik veel van de wijnmakers om in zo’n heet jaar voldoende fruitigheid en frisheid te bewaren.

’s Avonds gegeten in La Morra bij vineria San Giorgio. Erg leuke ambiance. Je zit in een oud pand onder de gewelven. Ze hebben geen wijnkaart. De wijnen staan in rekken langs de kant en je kunt aanwijzen. Grappig.

Osteria eten. Geen gedoe, typisch regionale gerechten en het is zeer goedkoop. Eten is prima in orde. Een aanrader!!

We aten: gemixte hapjes vooraf, Tajarin (pasta) en frittata. We dronken Ca del Baio Barbaresco Asili 2014:
Een lekkere scherpe nebbioloneus. Jong, flinke zuren en flinke tannines maar wel die lekkere, beetje sappig haast. Mooie combi van fruit en kruiden. Bessen, cranberry en een beetje menthol. Krachtig. Prima spul.

Woensdag

En daar kwam de bewolking in rap tempo op zetten. We besloten naar zee te gaan, omdat de kans op zo’n dan groter is. Goeie beslissing geweest. In een goed uur rijden zit je vanuit Barolo aan de Ligurische kust. Beetje langs de boulevards geslenterd, lunch met vis natuurlijk, wat jachthaventjes in. Dat werk.

ligurische-kust

’s Avonds eten in Belvedere in La Morra. Een heel bekende tent, dus dat moest even gecontroleerd worden. Prachtige inrichting met een geweldig uitzicht over de streek. Je gaat flink wat jaar terug in de tijd qua inrichting. Erg correcte bediening en een onwijs geile wijnkaart. Daar staat echt de supertop gewoon allemaal op de kaart en alhoewel dat veel kost, is het niet duur. Ik zag bijvoorbeeld de Bruno Giacosa Riserva Rabaja 2011 (red label) staan voor 130 euro. Koopje!
Wij gingen toch maar voor de Castello di Neive Barbaresco Riserva Santo Stefano 2011. Dit is heel erg mooi vrienden!! Is niet heel duur en biedt veel waar voor zijn geld. Hij biedt eigenlijk wel zo’n beetje alles: mooi rijp fruit, fijne kruidigheid, bloemetjes is de neus. Flinke maar frisse zuren en een mooie tanninestructuur. Één voor de lange adem.

Het eten in dit restaurant is echt heel erg goed. De risotto met kwartel was echt hemels en met afstand de beste risotto ooit voor mij. Een vijfgangen menu kost 40 euro. Een must als je in de buurt bent.

 

Donderdag

Vanmiddag een afspraak bij Luciano Sandrone. ’s Ochtends naar Barolo. Doe dat niet op donderdag, want bijna alles is dicht!! Zelfs de regionale enotheek was dicht. Erg jammer. Het dorpje stelt erg weinig voor en als alles dicht is, is er gewoon geen reet aan. Gauw verder naar Monforte. Dat was al wat beter. Een mooi boek over Barolo en barbaresco gekocht waarin elke wijngaard wordt beschreven en veel over de geschidenis wordt verteld. Een aanrader om je in te lezen in de wijnen uit deze streek. Mooie foto’s. (alleen verkijgbaar in Engels en Duits en Italiaans) Titel: Barolo – Barbaresco, Atlas der Lagen, weine, Produzenten. ISBN3-7742-5275-0

Doorgereden naar Alba voor de lunch en schoenen voor mijn meissie…

En toen Sandrone. Het was even zoeken, maar toen arriveerden we bij een leuk optrekje aan de weg tussen Barolo en Alba. We werden ontvangen door Barbara, de dochter van Luciano.

Vervolgens kregen we een rondleiding en een proeverij en Barbara nam 2,5 uur de tijd voor ons. Ze vertelde dat ze net terug was uit de USA.
Alles in dit huis ademt kwaliteit de kelders en de manier van werken. Zo werkt Sandrone niet met eerste en tweeden wijnen. Als dus de Nebbiolo druiven die voor de barolo bedoeld zijn, niet voldoen, verdwijnen ze niet in de basis Nebbiolo, maar wordt het sap verkocht. We hebben weer aardig wat bijgeleerd bij dit bezoek. Wat een vriendelijkheid!!

De grootste markt voor Sandrone is de USA. De helft gaat daarheen. Als hij zou willen kon hij alles aan de USA verkopen, de vraag is enorm en er wordt niet heel veel gemaakt. Van de Barolo Cannubi Boschis maximaal 15.000 flessen en van de Barolo Le Vigne 16.000.

We kregen alles te proeven op de Nebbiolo na (alles al verkocht)

  • Barbera d’Alba 2015:
    Oh jee…. Is dit de instapwijn?! Oef wat een neus! Chocola, drop, donker fruit, beetje stal. Heerlijk. Voor bij lekkere vettige gerechten. Heel mooie zuren. Echt onwijs lekker. We mochten er maar 6 kopen…..
  • Valmaggiore Nebbiolo 2015:
    Komt uit Roero en mag dus geen Barolo heten.
    Een wat scherpere neus en verder brengt deze wijn alles op een hoger niveau. Deze Nebbiolo komt heel erg in de buurt van menig Barolo. Kost ook een euro of 20. echt heel erg mooi. Lekker bittertje op het eind. drinken vanaf 2011 volgens Barbara pfff…. Moet dat???? Ook hier mochten we maar 6 flessen van.
  • Barolo Le Vigne 2013:
    Is een blend van meerdere gaarden. 2013 was dus een lastig jaar en er moest heel goed geselecteerd worden bij het plukken. Omdat de druiven ook van gaarden komen die een wat koelere ligging hebben is het van de 2 Barolo de meest klassieke op dit moment. Is ook het meest gesloten. Je proeft echter dat dit heel erg mooi gaat worden. De stevige structuur verbergt op dit moment massa’s aan fruit.
  • Barolo Cannubi Boschis 2013: Naar de wijngaard waar al het fruit vandaan komt. Ik heb ooit de Cannubi Boschis 2011 geproefd en was daar zou van onder de indruk dat ik 6 flessen kocht. Ook de 2013 is heel heel mooi, maar ik was toch minder onder de indruk. De wijn is nu meer open dan de le vigne.
    De wijn biedt: power, EN finesse dik ver rijp fruit, kruiden als selderij, munt, beetje tijm. Een lekker bittertje. De wijn is natuurlijk nog niet in balans. Toch weer een van de mooiere barolo’s.

Al met al een heel leuk bezoek. Wat een vriendelijkheid!!

’s Avonds weer gegeten bij San Giorgio in La Morra. Wat andere hapjes geprobeerd en weer prima in orde. Gedronken: Elio Altare Barbera 2015. lekker. Maar ja… we hadden Sandrone nog in ons systeem…..

Overigens: het is vanochtend gaan regenen en het houdt niet meer op. Voor ons een beetje jammer, maar voor de wijnboeren een geschenk.

la-morra-met-wijngaarden

Aankomst met zicht op La Morra

Vrijdag

Op naar Andrea Sottimano. Na zijn bezoek op het wijnforum was ik erg nieuwsgierig. Ik heb ooit eens de barbaresco pajoré 2011 genuttigd. Dat was de eerste Barbaresco die ik me kan herinneren en dat was een zeer positieve ervaring.

Sottimano zit vlakbij Neive. Het is een vrij kleine producent (60.000 flessen) en dat willen ze zo houden. Naast dolcetto, nebbiolo en barbera maakt hij 4 cru’s barbaresco.

Na een rondleiding door de kelders werden we uitgenodigd wat te proeven. Wat is die Andrea een aardige gozer zeg. Ook weer alle tijd en volop vertellen. Super.

De wijnen:

  • Dolcetto bric del salto 2016:
    Donkerpaars. Rijk geparfumeerde neus. Deze fles stond een dag open. Duidelijk dat deze wijn nog wel even meekan. Flinke tannines en frisse zuren verpakken fijn toegankelijk rijp fruit. Heerlijk spul en het kost maat 8 euro… kijk… dat moeten we hebben.
  • Barbera d’Alba 2015:
    Donkerrood. Een heel fraaie intense neus. Krachtige wijn met lekker dik fruit. Elegant en kracht, da’s dus mooi spul.
  • Langhe Nebbiolo 2015:
    Deze wijn komt van de Basarin wijngaard (waar moccagatta dus een barbaresco van maakt). Sottimano doet dat niet omdat de stokken nog te jong zijn (10-20 jaar oud). Over een jaar of 20 komt hier misschien Sottimano Barbaresco vandaan. Nu hebben we dus een soort baby nebbiolo. En dat bevalt erg goed. Drinken van nu tot 10 jaar. Neus biedt dat nebbiolo gevoel: vlees, ijzer, lijmig ik weet het niet precies. Heel fraai spul.
  • Barbaresco Fausoni 2014:
    Van Andrea geleerd: de kleur van Barbaesco’s (Nebbiolo’s) is vaak wat lichter en doorschijnender, maar houdt die kleur extreem lang.
    Dit is echt top. Wat een neus. Nu is 2014 een SUPERjaargang. Andrea begint bijna te kwijlen als hij daarover begint. Lekker vol rijp fruit, balsamico, munt, drop. Prachtige structuur. Voorlopig afblijven is het devies. Ik heb een kist gekocht en als grapje heeft Andrea die kist extra goed dicht geniet, opdat ik het uit mijn hoofd laat daar de komende vijf jaar aan te zitten.
  • Barbaresco Cotta 2014: Deze fles stond drie dagen open.
    De neus is nog geraffineerder dan de Fausoni. Een hele complete wijn. Ook een kist dus… en ook die werd ritueel dichtgespijkerd.

En of we misschien een wat oudere Barbaresco wilden proeven. Stomme vraag voor zo’n slimme man….

  • Barbaresco Curra 2011:
    Dit gebeurt dus met flesrijping… en dan nog niet eens veel rijping, drie jaartjes erbij. Dit is hemels. En de ontwikkeling in het glas wat interessant. Zo’n wijn waar je met plezier een avond over doet om telkens wat anders te ontdekken.
    Toen Andrea doorhad dat we ervan onder de indruk waren bood hij aan even te bellen met een eettentje in Neive. Dat wij daar zouden lunchen en daarbij de rest van de Curra 2011 zouden drinken. Aldus geschiedde. We kwamen te lunchen bij Bottega 4 vini in Neive. Ook weer zo’n leuk tentje met voortreffelijk eten voor een schijntje.

Kijk is dat nou gastvrij en vriendelijk of niet? Hier gaan we terugkomen!!
Vino ti fa bene, l’acqua ti fa arruginire

Zelf wijn maken: hoe druiven groeien

Als je zelf wijn wilt maken is het interessant om de verschillende fases te kennen waarin de druif zich bevind tijdens het groeiprocess

Fase 1: Floraison

De floraison is de bloei van een druif die plaatsvindt bij een temperatuur die al een aantal weken boven de 10 graden is. Vanaf het moment dat het kwik boven deze hoogte uitkomt, zullen de sapstromen gaan lopen door de plant en zal de plant eerst gaan uitbotten, vervolgen zullen er bladeren uitlopen en uiteindelijk zullen er kleine takjes komen waarop bloemetjes gevormd worden. Dit betekent dat de bloei is begonnen en dat het ongeveer 100 dagen duurt voordat  de oogst kan beginnen. In deze periode is het belangrijk dat de plant veel water en voedingsstoffen krijgt om te groeien.

 

2. Nouaison

De vruchtzetting wordt ook wel Nouaison genoemd. In deze fase vormen er kleine besjes, die het begin zijn van de ontwikkeling van de druif. Het aantal uiteindelijk rijpe vruchten (druiven) is kleiner dan het aantal bevruchte bloemen. Een zeker deel van de bevruchte bloemen zetten vrucht, terwijl een ander deel geen vruchten zet of als kleine vrucht na 1 of 2 weken van het trosje valt. Dit noemen we Coulure ofwel, vruchtverlies door lage temperaturen, chlorose (door ijzertekort veroorzaakt)  en/of gebrek aan fotosynthese (zonlicht). De Nouaison of de groene periode loopt van de vruchtzetting tot de verkleuring van de druif. Dit duurt ongeveer 25 tot 45 dagen na de vruchtzetting. Het is ook in deze periode belangrijk dat de druif veel water en voedingsstoffen krijgt om te groeien.

 

Fase 3: Veraison

De kleuromslag tekent het begin van de volgende fase: de veraison. De druif gaat rijpen en dat zie je op het moment dat de kleur verandert naar geel, rood, of blauw en de schil wordt zachter en dunner. De concentratie aan suikers nemen toe door middel van fotosynthese. In deze periode nemen de zuren tevens af doordat deze worden afgebroken, gedeelte door omzetting in suikers en gedeeltelijk door de celademhaling van de plant. Temperatuur en zonenergie is belangrijk in deze periode zodat er voldoende fotosynthese plaats vindt om de nodige suikers te ontwikkelen. Bij een volrijpe druif zijn onrijpe aromastoffen niet meer te ruiken of te proeven in de wijn en kan de wijnboer een correct glas wijn verkopen.

Eventuele vierde fase: Pourriture Noble

Soms laat men de druiven een proces van overrijping ondergaan. Tijdens deze fase kan de druif aangetast worden door de schimmel Botrytis Cinerea (Edelfaule), die de schillen van de druif poreus maakt. Hierdoor verdampt een groot deel van het vocht, neemt het gehalte aan pectinestoffen en glyserine toe, en zorgt het voor een grijzig grauwe kleur wat zelfs paars wordt. De druiven die in deze fase worden geplukt resulteren in het algemeen in zeer zoete wijnen, met een hoog alcoholpercentage. Dit kunnen bijvoorbeeld dessertwijnen zijn.

Portwijn uitgelegd: de tradities, classificaties en de oudste port merken

Geschiedenis van Portugese wijn en Noord-Europa

Van oudsher is wijn in Portugal altijd een buitenlandse aangelegenheid geweest. In de tweede helft van de 15e eeuw werd de wijn uit het noorden van Portugal ook naar Vlaanderen verscheept om daar te worden overgeslagen voor de overtocht naar Engeland. 

Als gevolg van de Spaanse bezetting in de Zuidelijke Nederlanden raakte deze handelsstroom opgedroogd: Spanje is nu eenmaal nooit goede vriend geweest met Portugal. In het laat-middeleeuwse Brugge werd op grote schaal handel gedreven in wijn. De wijn was er niet alleen één der belangrijkste handelsproducten, maar was er tevens een felbegeerd verbruiksgoed. Exacte cijfers zijn daarover niet voorhanden, noch van de eigenlijke handelsomzet noch van het plaatselijke verbruik. Maar wat het verbruik betreft, is wel een uitzonderlijk hoog hoofdelijk verbruik van bijna 100 liter per jaar vastgesteld! Een hoog verbruik is nochtans zeer aannemelijk, gezien:

  • De aanwezigheid van een uitgebreide handeldrijvende burgerij, waaronder heel wat buitenlanders.
  • De productie van bier nog zeer kleinschalig en lokaal was.
  • Het beschikbare drinkwater bijlange niet zo zuiver was als heden ten dage.

In Rotterdam en Brugge werd toen overwegend Rijnwijn verhandeld, maar tot laat in de 15e eeuw was Damme, de voorhaven van Brugge, de grote stapelplaats van de wijnen die ons van over zee bereikten. En dit gold niet alleen voor Franse wijn, waarvoor Damme reeds in 1331 een stapelprivilegie had verworven, maar ook voor de wijnen uit Portugal. Deze Portugese wijn was nog geen Portowijn zoals wij die vandaag kennen. Pas in de 18e eeuw ontdekte men toevallig dat door toevoeging van brandewijn, de Portugese wijn beter bewaarde tijdens de zeereis. Maar, reeds 100 jaar vroeger, in de 17e eeuw, vestigden Engelse handelaars zich in Portugal, om vandaar de export naar Engeland te organiseren. De Portohandel vertelt veel te weinig dat de Porto streek de oudste gereglementeerde wijnstreek ter wereld is. De vader van dit reglement was de Markies de Pombal, die Eerste Minister was en in 1756 de grenzen van de wijngaarden in de Dourovallei afbakende. In ruil voor controle van opbrengst en kwaliteit van wijn afkomstig uit het toegelaten afgebakende productiegebied, garandeerde de Koninklijke Wijnvereniging van Boven-Douro opgericht bij Koninklijk bevel, aan de wijnboeren een minimumprijs. Op die manier werden de kleine wijnboeren door de Portugese Kroon beschermd tegen misbruiken en mogelijke uitbuiting door de in Porto gevestigde Engelse handelaars. Alle wijngaarden in het Portogebied werden geclassificeerd van “A” voor de beste percelen tot “E” voor de mindere. Hoe hoger de classificatie, des te hogere prijs wordt voor de druiven betaald en hoe hoger het percentage van de wijn waarvan porto mag worden gemaakt. Dit bijna 250 jaar oude reglement wordt vandaag nog altijd nageleefd.

Classificatie
van de Porto wijngaarden
Categorie Minimum
aantal punten
Toegelaten
opbrengst per 1000 wijnstokken
A 1200 700 Liter
B 1001 600 Liter
C 801 500 Liter
D 601 400 Liter
E 401 300 Liter

Wijngaarden die minder dan 401 punten behalen, mogen geen wijn voor de productie van porto leveren. In 1973 telde de Portostreek 86.000 wijngaarden, waarop 28.000 wijnboeren actief waren. Ruim de helft van deze wijnboeren leveren minder dan 3000 liter per jaar. Hoeveel zij mogen leveren, hangt af van de categorie van hun wijngaard. Deze categorie wordt bepaald door een puntensysteem, waarin een aantal punten kan worden verdiend op basis van 8 criteria. Een niet bestaande ideale wijngaard zou maximaal 1580 punten behalen. Maar dat is niet nodig om in categorie A te vallen, de beste categorie: daarvoor volstaat een minimum van 1200 punten.

Puntensysteem
Criterium Maximaal
aantal punten
Ligging van de wijngaard 600
Klimaat en micro klimaat 210
Kwaliteit van de bodem 180
Aangeplante druivensoorten 150
Hoogteligging t.o.v. de zeespiegel 150
Opbrengst in hectoliter per hectare 120
Steilte van de hellingen 100
Leeftijd van de wijnstokken 70
TOTAAL 1580

Was deze classificatie maar wat meer ingeburgerd bij onze diverse wijnproducerende naties!

Tawny vs Vintage vs Late Bottled Vintage vs Quinta: de verschillen uitgelegd

In het kader van dit artikel handelen wij niet over Witte Porto noch over Ruby.

  • Wat betekent Tawny port?: Door veroudering op vat krijgt de portowijn een lichte oxidatie, zodat de kleur in het glas een bruinoranje boord vertoont. De vatrijping duurt 3 tot 5 jaar en brengt veel finesse in de wijn, waardoor het de classificatie van Tawny mag dragen.
  • Tawny met leeftijdsvermelding: wordt
    gemaakt op basis van een assemblage van portowijnen
    uit verschillende oogstjaren. De gebruikelijke, wettelijk
    beschermde namen zijn:
  • 10 jaar oud
  • 20 jaar oud
  • 30 jaar oud
  • (meer dan) 40 jaar oud
    De samenstelling van de verschillende gebruikte oogstjaren moet vooraf
    ter keuring worden ingediend bij het Instituto do Vinho do Porto.
  • Vintage: is een portowijn uit een uitzonderlijk oogstjaar. Een Vintage blijft niet langer dan twee jaar op vat. Als hij dan alle kwaliteiten vertoont om nog lang bewaard te kunnen worden, wordt hij bij het Instituto do Vinho do Porto ter keuring aangeboden. Deze instelling beoordeelt de kwaliteit en verleent al dan niet de toelating om deze portowijn “Vintage” te mogen noemen. Een Vintage schenkt u ofwel jong, dit is binnen de 7 jaar, te tellen vanaf het oogstjaar, dus gedurende 5 jaar na de botteling. Ofwel degusteert u de Vintage later, dit wil zeggen na 12 jaar volgend op het oogstjaar. Bij lange veroudering op de fles zal de Vintage een dik bezinksel kunnen vertonen. Daarom wordt een oude Vintage altijd gedecanteerd vooraleer een glas aan de gasten aan te bieden. Door het telkens opwellen bij het rechtstreeks inschenken uit de fles, zou u immers delen bezinksel mee serveren in het glas, wat niet beleefd is! Als u Vintage lange jaren in de kelder bewaart en dan opdient ter degustatie, werd u in vroegere jaren geholpen door de witte streep die onderaan op de fles was geschilderd. Deze streep moest immers tijdens de rustjaren naar boven gekeerd liggen, zodat u wist waar en langs welke zijde u het bezinksel zou aantreffen. De fles Vintage werd dus liefst in zelfde horizontale houding uit de kelder naar boven gebracht. Het overgebleven bezinksel wordt door sterrenchefs gebruikt om saus bij rood gebraad te verrijken.
  • Late Bottled Vintage (L.BV.):is een portowijn van één bepaald oogstjaar, die op vat is gerijpt gedurende 4 tot 6 jaar. Door deze langere rijpingsduur in vergelijking met Vintage, wordt deze porto lichter en vlugger op dronk. In de zin van “onmiddellijk klaar voor gebruik” is LBV porto een meer commercieel product. Naar verluid zou LBV zijn uitgevonden door het Portomerk Taylor’s in 1985. Een afgekeurde Vintage kan nog altijd fungeren als een goede LBV.
  • Colheita: wil ook “oogstjaar” zeggen, (zoals Vintage in het Engels), maar dan in de Portugese taal. Colheita wordt dus ook gemaakt van één enkel oogstjaar, maar de portowijn moet volgens de wet, minimum méér dan 7 jaar rijpen op vat, vooraleer te worden gebotteld. Bovendien moet het jaar van botteling ook verplicht worden vermeld op de fles. Door de lange jaren rijping op vat, vertoont de Colheita porto géén bezinksel: dit is allemaal naar de bodem van het vat gezakt. Een Colheita porto is dan ook altijd klaar voor degustatie en kan tot drie weken open staan, na de ontkurking.
  • Quinta-Port: is een portowijn, afkomstig van één enkele wijngaard. “Quinta” is voor porto de benaming die in Bordeaux “Château” heet of in Bourgogne “Domaine”. De naam Quinta kan zowel worden toegevoegd aan een Vintage, een LBV of een Colheita.Vintage en Colheita zijn de ideale flessen om uw grootse banketten op te fleuren, ter gelegenheid van uw verjaardag, of huwelijksverjaardag, of verjaardag van indiensttreding van de firma, of geboortejaar van de kinderen, of… u vult zelf maar in, want u hebt één grote zekerheid: door het samengaan van het alcoholgehalte (20°) en het suikergehalte (bewaarmiddel) loopt u nooit het risico van een slecht geworden fles.

Oude portmerken

Kopke: Dit is het alleroudste portomerk en werd gesticht in 1638 door Christiano Kopke, consul van de Hanzesteden in Lissabon. Sedert 1953 behoort Kopke tot de groep Barros & Almeida, door Manuel de Almeida opgericht in 1913. De huidige groep Barros bestaat nu uit verschillende ondernemingen, die in een tijdspanne van zeventig jaar werden overgenomen of opgericht. Dit zijn, naast de handelsnamen Kopke en Barros, ook nog Hutcheson, Feuerheerd & Associados, H&C.J. Feist – Vinhos S.A. De groep Barros heeft een marktaandeel van 5% van de totale Portverkoop.

Barros & Almeida is één van de bekendste ondernemingen uit de sector van de portowijnen en is hoofdzakelijk beroemd voor haar Tawny’s met leeftijdsaanduiding en voor haar millésimes. Met zijn uitstekende Colheita’s en mooie oude Tawny’s is het portmerk Kopke het kroonjuweel van de groep Barros. Quinta San Luiz was sedert 1922 eigendom van Kopke en werd samen met het exportbedrijf verkocht aan Barros & Almeida. Samen met de nabijgelegen Quinta’s Lobata en Mesquita zorgen ze voor 8% van de totale productie. Het gaat echter wel om de belangrijkste procenten, aangezien dit allemaal klasse A wijngaarden zijn. Kopke heeft 25 officiële verdelers in België.

Engelse Invloeden

Tot 1986 (toetreding van Portugal tot de Europese Unie) mocht portowijn enkel en alleen verhandeld worden door de exporteurs (“shippers”) die als lid waren ingeschreven bij het IVP (Instituto do Vinho do Porto). De  aanwezigheid van Engelse families onder deze leden vergemakkelijkte de commerciële stroming van Portowijn naar Engeland en naar haar uitgebreide koloniën. In de Engelse maatschappij en in het Engelse society leven is portowijn dan ook op een bijzondere wijze verstrengeld. Wij zetten enkele staaltjes op een rij:

  1. Net zo traditioneel als de Christmas pudding, is de combinatie “Cheddar kaas met Porto”, in alle lagen van de Britse bevolking zeer populair.
  2. In de Victoriaanse eeuw, was de porto vooral een mannendrank, die werd genuttigd na de maaltijd, wanneer de dames zich hadden terug getrokken en de mannen alleen bleven in het rokerssalon, voor een portie “Porto
    met de sigaar”.
  3. Ouders en grootouders leggen voor hun kinderen voorraden porto aan, waaronder de Vintage – porto van hun geboortejaar.
  4. Op een banket, dat afgerond wordt met de Vintage Porto, schenkt de gastheer zichzelf eerst een glas in en geeft de karaf dan door langs de linkerkant, tot deze de hele kring van de disgenoten heeft afgelegd. Daarbij moet de karaf met Vintage Porto worden doorgegeven van hand tot hand, zonder dat deze karaf op de tafel mag worden neergezet. Dit zeer oude gebruik wordt ook vandaag nog in ere gehouden. Van cultuur gesproken!
Page 2 of 4